Veel werkgevers weten niet dat hier geen pensioenplicht bestaat. Daar zit wel meteen een addertje onder het gras want in Nederland kan een werkgever soms verplicht zijn een pensioenregeling te volgen. Kunnen werknemers in dat geval weigeren daaraan deel te nemen? En wat als de werkgever een eigen regeling heeft? Antwoorden op vragen als deze zijn van groot belang. Want niet deelnemen aan een verplichtgestelde pensioenregeling kan leiden tot grote betalingsproblemen - soms zelfs tot faillissement.
Verplicht aansluiten
Hoewel we in Nederland geen plicht kennen om pensioen in de arbeidsvoorwaarden op te nemen, voelen veel werkgevers dit toch zo. Dit komt omdat in veel sectoren door sociale partners een pensioenregeling is afgesproken. Geldt hiervoor een verplichtstelling, dan zijn moeten alle werkgevers in die sector zich hierbij aansluiten en hun werknemers aanmelden bij het pensioenfonds. Of je nu bent aangesloten bij de werkgeversvereniging binnen de sector of niet. De verplichtstelling geldt voor elke werkgever met activiteiten die overeenkomen met de omschrijving ervan de verplichtstelling.
Voorbeeld verplichtstelling
'De deelneming in de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Detailhandel is verplicht gesteld voor de werknemers vanaf de eerste dag van de maand, waarin de 20-jarige* leeftijd wordt bereikt, tot de eerste dag van de maand, waarin de 67-jarige leeftijd wordt bereikt, met dien verstande dat voor de werknemers werkzaam in de Schoen-, Leder- en Lederwarenindustrie er geen minimumleeftijd van 20 jaar geldt, met dien verstande dat de verplichtstelling niet geldt voor de werknemers: 1. werkzaam in de detailhandel...'
*Vanaf 1 januari 2024 geldt een toetredingsleeftijd van 18 jaar
Grote rechtszaken
Veel werkgevers willen liever een eigen pensioenregeling inrichten. Of hun arbeidsvoorwaarden zelf afspreken met hun werknemers. Dit leidt soms tot grote rechtszaken. Zo was er onlangs een uitspraak over de verplichte deelname van werknemers van een grote reisorganisatie. De Hoge Raad verplichtte de werkgever om met terugwerkende kracht alsnog aan te sluiten bij het verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfonds voor de Reisbranche (nu onderdeel van het Pensioenfonds PGB). Waaraan een prijskaartje van vele miljoenen hing. Ofwel een groot risico voor werkgevers.
Kortom: als een verplicht gesteld pensioenfonds erachter komt dat een werkgever in het verleden al aangesloten had moeten worden, dan gaat deelname met terugwerkende kracht in, tegen de volledige premie.
'Kleine verplichtstelling'
Naast de verplichte aansluiting bij een bedrijfstakpensioenfonds, kennen we in Nederland ook nog een zogenaamde 'kleine verplichtstelling'. Er is dan geen wettelijke verplichtstelling, maar een cao-verplichting voor een werkgever om een pensioenregeling bij een aangewezen dan wel bij een zelfgekozen pensioenuitvoerder onder te brengen. In dit laatste geval is in de cao aangegeven waar de pensioenregeling minimaal aan moet voldoen. Deze verplichting geldt alleen voor werkgevers die zijn aangesloten bij de werkgeversvereniging binnen de sector. Een werkgever die niet is aangesloten maar wel overeenkomende activiteiten verricht, zit hier niet aan vast. Een pensioenverplichting binnen een cao wordt immers nooit algemeen verbindend verklaard.
Voorbeeld kleine verplichtstelling
uit: CAO Kunststof-, Rubber- en Lijmindustrie
De werkgever is lid van NRK Werkgevers en heeft dientengevolge de verplichting om het volgens bijlage 1.A van toepassing zijnde deel van deze cao toe te passen en na te leven.
De Werkgever is verplicht om eenieder die op grond van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht in dienst komt van een Werkgever, per direct aan te melden bij het Pensioenfonds.
Afkoopgrens
Ook al zijn aangesloten werkgevers door hun lidmaatschap bij de werkgeversvereniging vaak bekend bij het pensioenfonds en bij cao-partijen, er geldt een eigen verantwoordelijkheid voor de werkgever om de arbeidsvoorwaarde pensioen goed toe te passen. Onder meer door na indiensttreding de werknemers zo snel mogelijk aan te melden.
Wel of geen verhoging van pensioen
Is de conclusie dat er geen verplichtstelling of cao-verplichting geldt? Dan kan de werkgever een pensioenregeling afsluiten bij bijvoorbeeld een verzekeraar of een premiepensioeninstelling. Of afspraken maken met een pensioenfonds om zich onder bepaalde voorwaarden op vrijwillige basis aan te sluiten. Bij twijfel over de vraag of een werkgever onder de verplichtstelling of een cao valt, is het goed om met het betreffende pensioenfonds of de organisatie die de cao uitvoert, contact op te nemen.
Alle werknemers aanmelden?
Geldt er een pensioenregeling voor een werkgever? Of is er een overeenkomst met een pensioenuitvoerder gesloten voor de pensioenregeling? Dan moet je ervan uitgaan dat je alle werknemers moet aanmelden. Bij een verplichtstelling vloeit dit voort uit de wettelijke tekst. Het kan zijn dat wel een onderscheid wordt gemaakt tussen bepaalde groepen werknemers. Of dat bijvoorbeeld scholieren, stagiaires of bepaalde functiegroepen zijn uitgesloten. Of bijvoorbeeld directeuren of leden van een managementteam. Kijk dit dus goed na in de tekst van de verplichtstelling.
Daarnaast zijn er werknemers die tegen elke vorm van verzekering zijn; ook sociale verzekeringen. Deze zogenaamde gemoedsbezwaarden vallen dan niet onder de pensioenregeling, maar mogelijk onder een bepaalde spaarregeling bij het pensioenfonds. Hiervoor gelden andere regels. Die zijn terug te vinden in het pensioenreglement van de pensioenuitvoerder.
Voorbeeld regeling gemoedsbezwaarden
uit: Pensioenreglement PGB
'Vrijstelling van de verplichting tot deelname in het fonds wegens overwegende gemoedsbezwaren tegen iedere vorm van verzekering kan op verzoek van een werknemer door het bestuur worden verleend in de gevallen en onder de voorwaarden als bepaald in het Reglement voor vrijstelling wegens Gemoedsbezwaren en met inachtneming van de fiscale voorwaarden zoals opgenomen in artikel 19d van de Wet op de loonbelasting en in het besluit van 11 december 2018...'
Bij verplicht gestelde pensioenfondsen is het, door de wettelijke verplichting, niet mogelijk om om andere reden af te zien van deelname.
Afstand doen
Bij niet verplicht gestelde pensioenregelingen is dat mogelijk wel zo. Bij een directe overeenkomst tussen bijvoorbeeld een pensioenverzekeraar en een werkgever hangt het af van de afspraken of deelname van alle werknemers verplicht is of niet. Veel pensioenovereenkomsten zijn gebaseerd op de afspraak dat alle werknemers aangemeld worden bij de pensioenverzekeraar. Alleen bij grote uitzondering (bijvoorbeeld bij een werknemer die tegen elke vorm van verzekeren is) kan afgezien worden van deelname.
Er zijn ook pensioenverzekeraars (of andere pensioenuitvoerders) die wel de mogelijkheid bieden om afstand te doen van de pensioenregeling. Maar pas op, als werkgever heb je een grote zorgplicht richting werknemers. Niet alleen moet je ze wijzen op alle gevolgen van afstand doen, ook moet je ze structureel (aan te raden valt minimaal jaarlijks) vragen of ze het recht op afstand willen handhaven. Ook bij wijzigingen van de pensioenregeling moet je deze vraag herhalen en goed vastleggen. Een werknemer, of bijvoorbeeld diens partner, kan in de toekomst alsnog pensioenaanspraken maken. Met een goed dossier kun je laten zien dat het een bewuste keuze is geweest van de werknemer. En dat je de werknemer steeds hebt geïnformeerd over de gevolgen.
Daarnaast moet je de werknemer erop wijzen dat de keuze mogelijk onherroepelijk is. Een pensioenuitvoerder kan bij latere aanmelding bijvoorbeeld nadere eisen stellen of de deelname weigeren. Als dat van meet af duidelijk is voorkomt dat althans voor de werkgever een hoop zorgen voor morgen.
<="" a="" title="Terug naar de inhoudspagina van 'Zorgen voor morgen'" href="DocNews.aspx?Layout=PRM-ZORG" target="MainWindow" alt="PayRoll Magazine Online - Zorgen voor morgen">
="">